
Achtergrond
Trainingsbelasting speelt een centrale rol in topsport en is onder te verdelen in externe en interne belasting (zie de factsheet trainingsbelasting). Externe belasting betreft uitkomsten zoals afgelegde afstand, aantal herhalingen en wattage. Interne belasting weerspiegelt de fysiologische en psychologische respons van een sporter op die externe prikkel. Interne belasting is zowel objectief te meten (bijvoorbeeld via hartslag of lactaatwaarden) als subjectief. De subjectieve interne belasting wordt ook wel de ervaren mate van inspanning genoemd, of in het Engels: Rating of Perceived Exertion (RPE). Het meten van de RPE is eenvoudig, goedkoop en is toe te passen bij verschillende inspanningen (zoals krachttraining en duurtraining), waardoor het een goede weergave is van de totale belasting van de sporter.
RPE-schalen: Borg en Foster
Voor het meten van RPE zijn er verschillende schalen[1-5]. De klassieke Borg-schaal (6–20) werd oorspronkelijk ontwikkeld om een verband met hartslag te benaderen (bijvoorbeeld RPE 13 ≈ 130 bpm)[2]. Deze schaal is uitgebreid gevalideerd aan de hand van onder meer hartslag en lactaatmetingen tijdens duurinspanningen. Een meer gebruiksvriendelijke variant voor sporttoepassingen is de Foster-schaal (0–10), waarbij 0 ‘geen inspanning’ en 10 ‘maximale inspanning’ betekent (tabel 1)[3,6]. Deze schaal is breed toepasbaar in diverse sportcontexten, van krachttraining tot intervaltraining. Deze laatste schaal wordt ook gebruikt in een methode die de totale belasting van een training bepaald: de sRPE-methode.
Kwantitatief | Kwalitatieve beschrijving |
---|---|
0 | Rust |
1 | Zeer makkelijk/licht |
2 | Makkelijk/licht |
3 | Matig |
4 | Enigszins zwaar |
5 | Zwaar |
6 | – |
7 | Zeer zwaar |
8 | – |
9 | – |
10 | Maximaal |
sRPE-methode
Een veelgebruikte toepassing van RPE is het berekenen van de sessie-RPE (sRPE) door de RPE-score (bijvoorbeeld 7) te vermenigvuldigen met de duur van de sessie in minuten (bijvoorbeeld 60 min)[3,4,6,7]: sRPE = RPE × duur = 7 × 60 = 420.
Deze waarde biedt inzicht in de totale interne trainingsbelasting van een sessie. Door meerdere dagen te monitoren, is de monotonie te berekenen (teveel dezelfde belasting) en stress (teveel hoge zelfde belasting) (figuur 1). Een hoge monotonie duidt op weinig variatie in trainingsbelasting en is in enkele onderzoeken geassocieerd met verhoogde kans op ziekte en blessures[4]. Hoewel er ook onderzoeken zijn die slechts zwakke verbanden vinden tussen monotonie of stress en blessures en ziektes, kan het zinvol zijn de subjectieve belasting te monitoren om beter inzicht te krijgen in ziekte, blessures en het mogelijk voorkomen daarvan.
Over wanneer de trainingsbelasting, stress of monotonie te hoog zijn, zijn momenteel geen algemene richtlijnen bekend. Het is daarom belangrijk om hier per sporter inzicht in te krijgen door langere tijd data te monitoren en over tijd te kijken of er relaties zijn met ziektes of blessures.

Aanbevelingen voor correcte toepassing van RPE
Voor het waarborgen van de kwaliteit van RPE-metingen zijn enkele richtlijnen belangrijk[4,9]:
- Vul RPE individueel in, zonder invloed van teamgenoten of trainers.
- Zorg ervoor dat de andere sporters niet weten welke scores mede-sporters invullen om te voorkomen dat scores afgestemd worden op elkaar.
- Wacht minimaal 15 minuten na de sessie om directe vermoeidheid te laten afnemen en een meer gebalanceerde beoordeling te verkrijgen. Houd het tijdstip tussen het einde van de training en invullen van RPE consistent.
- Vergelijk RPE regelmatig met geplande of verwachte belasting om verschillen te identificeren (bijvoorbeeld onder- of overschatting). Meestal trainen sporters namelijk te hard op dagen waarop ze rustig moeten trainen en te rustig op dagen waarop ze hard moeten trainen[4,10].
- Pas op met vergelijking tussen verschillende sporters. Door een andere interpretatie van de schaal kunnen sporters gemiddeld genomen hogere of juist lagere scores geven dan anderen, maar dit betekent niet direct dat de ervaren belasting ook hoger of lager is. Scores kunnen daarom het beste binnen dezelfde sporter vergeleken worden over langere periodes.
- Combineer RPE altijd met objectieve data zoals hartslag, gps of vermogensmeting voor een volledig beeld van belasting. Zeker bij sporten waar teamselectie van toepassing is, lijkt dit belangrijk: een sporter kan immers steeds lage RPE-scores invullen om de indruk te wekken (top)fit te zijn.
- Over het algemeen lijkt de RPE betrouwbaar wanneer die gemeten wordt bij sporters die al bekend zijn met de methode, maar minder betrouwbaar bij sporters die niet bekend zijn met de methode. Om betrouwbare resultaten te verkrijgen, is het belangrijk om sporters goed te informeren over welk cijfer bij welke intensiteit hoort en dat de sporter een goed idee heeft van zijn of haar maximale kunnen.
Conclusie
RPE is een laagdrempelig hulpmiddel om interne trainingsbelasting te monitoren. Door RPE toe te passen binnen een gestructureerd monitoringprotocol kunnen coaches en sporters waardevolle inzichten verkrijgen in de belasting, in de overeenkomst tussen geplande en uitgevoerde belasting, en mogelijk in factoren die een rol spelen in het ontstaan van blessures, ziektes of ondermaatse prestaties.
Bronnen
- Borg E, Borg G. A comparison of ame and cr100 for scaling perceived exertion. Acta Psychol (Amst). 2002;109(2):157-75.
- Borg GA. Psychophysical bases of percieved exertion. Med Sci Sports Exerc. 1982;14(5):377-81.
- Foster C, Florhaug JA, Franklin J, Gottschall L, Hrovatin LA, Parker S, et al. A new approach to monitoring exercise training. J Strength Cond Res. 2001;15(1):109-15.
- Van Hooren B. Praktisch kwantificeren van de trainingsbelasting. Mogelijkheden en beperkingen van de srpe-methode. Sportgericht. 2015;69(5):23-31.
- Arney BE, Glover R, Fusco A, Cortis C, de Koning JJ, van Erp T, et al. Comparison of RPE (rating of perceived exertion) scales for session RPE. Int J Sports Physiol Perform. 2019;14(7):994-6.
- Foster C. Monitoring training in athletes with reference to overtraining syndrome. Med Sci Sports Exerc. 1998;30(7):1164-8.
- Egan AD, Winchester JB, Foster C, McGuigan MR. Using session rpe to monitor different methods of resistance exercise. J Sports Sci Med. 2006;5(2):289.
- Haddad M, Stylianides G, Djaoui L, Dellal A, Chamari K. Session-RPE method for training load monitoring: validity, ecological usefulness, and influencing factors. Front Neurosci. 2017;11:612.
- Turner AN, Bishop C, Marshall G, Read P. How to monitor training load and mode using sRPE. Prof Strength Cond. 2015;39:15-20.
- Paul D, Read P, Farooq A, Jones L. Factors influencing the association between coach and athlete rating of exertion: a systematic review and meta-analysis. Sports Medicine-Open. 2021;7(1):1.