TopsportTopics logo Alles over sport logo

Trainen met zware slee helpt jonge sporters sprinten

Sprinttraining waarbij sporters een zware slee vooruitduwen, helpt om het sprintvermogen van jonge sporters te verbeteren. Dit ontdekte een groep internationale onderzoekers door vijftig jongens acht weken lang met een slee te laten trainen. Het gewicht van de slee was hierbij van belang: de sporters die met de zwaarste slee hadden getraind, gingen het meest vooruit.

Trainen met een zware slee is een populaire manier om het sprintvermogen te trainen. Een slee geeft extra weerstand tijdens het sprinten, waardoor de sporter een vorm van krachttraining doet die erg lijkt op de activiteit – het sprinten – zelf. Zo’n slee kan met behulp van een harnas worden voortgetrokken, of vooruit geduwd. Trainen door een slee voort te trekken bleek eerder al gunstig te zijn voor sprintprestaties, maar nu wilden onderzoekers weten of het duwen van een slee óók helpt sneller te sprinten. Daarnaast vroegen zij zich af hoe zwaar je zo’n slee nu eigenlijk moet maken.

Wat is er al bekend?

  • Trainen door een zware slee voort te trekken, kan de versnellingsfase van de sprint verbeteren.

Wat is nieuw?

  • Ook trainen door een zware slee vooruit te duwen, verbetert de sprintprestatie van jonge teamsporters.
  • Trainen met een zware slee is effectiever dan trainen met een lichte slee.

    Individuele verschillen

    De onderzoekers bestudeerden het sprintvermogen van vijftig veldsporters van gemiddeld zeventien jaar oud. Eerst overwogen de onderzoekers hoe zwaar ze de slee moesten maken. Het type slee en de ondergrond bepalen namelijk hoeveel weerstand de slee geeft, dus konden ze niet simpelweg een aantal kilo’s voorschrijven. Ze wilden een maat voor de belasting bepalen die andere sporters, die op een ander veld en met een andere slee trainen, ook konden gebruiken.

    De onderzoekers probeerden daarom uit hoe snel de deelnemers nog konden sprinten als ze verschillende gewichten op de slee legden [1]. Ze keken bijvoorbeeld met welk gewicht een sporter de helft van zijn maximale sprintsnelheid zónder slee kon halen. Uit dit experiment bleek dat er flinke verschillen waren tussen de deelnemers: voor de ene sporter was dit 45 procent van zijn lichaamsgewicht, terwijl de ander met 85 procent van zijn lichaamsgewicht nog deze snelheid kon halen. Gezien deze verschillen, bleek het verstandig om de belasting van de slee te bepalen aan de hand van het individuele snelheidsverlies met de slee, en niet als een percentage van het lichaamsgewicht.

    Acht weken

    Om te kijken of trainen door een slee vooruit te duwen ook daadwerkelijk tot prestatieverbetering leidde, lieten de onderzoekers de sporters acht weken lang trainen [2]. De groep werd in vieren gesplitst: één groep trainde zonder slee, de andere drie groepen trainden met een slee. Op de slee lag een gewicht dat zorgde voor respectievelijk 25, 50 en 75 procent snelheidsverlies ten opzichte van de onbelaste sprintsnelheid. De sledes waren dus flink zwaar. Ter vergelijking: de slee die in eerder onderzoek gebruikt werd, zorgde voor slechts 7,5 procent snelheidsverlies. De sporters deden 6 tot 9 sprintjes per week, verdeeld over twee trainingssessies. De onderzoekers hanteerden kortere afstanden naarmate een zwaardere slee werd gebruikt: de afstanden varieerden van 7,5 tot 30 meter. Naast de sleetraining trainden de jongens nog driemaal per week voor hun eigen sport: rugby of lacrosse.

    Zwaarder is beter

    Alle groepen gingen beter sprinten na de trainingsperiode, zoals te verwachten valt bij jonge sporters. De groep die met de zwaarste slee trainde, boekte echter de meeste vooruitgang. Zo sprintten zij na acht weken 3,1 procent sneller, waar de groep zonder slee slechts 0,5 procent sneller ging. Voor deze doelgroep lijkt het dus gunstig om met een zware slee te trainen.

    Meer kracht

    De verbetering zat vooral in de eerste vijf meter van de sprint. De sporters leerden dus beter te versnellen, wat een belangrijke vaardigheid is voor veldsporters. De onderzoekers stelden ook een horizontaal kracht-snelheidsprofiel op voor alle sporters, waaruit bleek dat de sporters vooral in kracht vooruitgingen. Ook hiervoor gold dat de krachtswinst het grootst was bij de groep die met de zwaarste slee trainde.

    Duwen of trekken?

    Of trainen door een slee voort te duwen beter is dan trainen door een slee voor te trekken, kan op basis van dit onderzoek niet gezegd worden. Bij het duwen van een slee wordt het bovenlichaam meer gebruikt, wat gunstig kan zijn voor rugbyspelers. Uit deze en voorgaande studies blijkt dat beide trainingsvormen gunstig zijn voor de sprintprestatie.

    Bronnen

    1. Cahill MJ, Oliver JL, Cronin JB, Clark KP, Cross MR, Lloyd RS (2020). Influence of resisted sled-push training on the sprint force-velocity profile of male high school athletes. Scand. J. Med. Sci. Sports 30: 442-449.
    2. Cahill MJ, Oliver JL, Cronin JB, Clark KP, Cross MR, Lloyd RS (2020). Sled-push load-velocity profiling and implications for sprint training prescription in young athletes. J. Strength Cond. Res. Published ahead of print, DOI: 10.1519/JSC.0000000000003294.
    Dit artikel is ook getoond op Allesoversport.nl
    Topsport
    Rugby
    public, professional
    samenvatting
    effecten op prestatie